Yvanna Hilton, de welbekende Surinaamse Transgender is onder vuur genomen door Bishop Meye omdat zij bij de rechter een verzoek heeft ingediend voor een geslachtsverandering (van man naar vrouw) in het bevolkingsregister. Meye geeft aan dat hij en de christelijke gemeenschap het niet zullen accepteren, omdat het woord van God zegt dat dit niet kan. Meye voegt eraan toe dat er op 15 december 2016 een bezwaarloop gehouden zal worden om de beslissing van de rechter te beïnvloeden. Op deze dag zal namelijk het besluit van de rechter vallen, en wanneer er genoeg bezwaar vanuit de gemeenschap zal komen is het mogelijk dat de rechter het verzoek niet zal honoreren. Hij gaf ook aan dat als het verzoek toch ingewilligd wordt en hij ooit benaderd zou worden om zo een huwelijk in te zegenen, hij in ‘Boma’ (de gevangenis) zou belanden.
FSP vroeg Yvanna Hilton om haar reactie en ze zei het volgende: “Ik begrijp niet wat ik anderen aandoe door een besluit te nemen dat alleen met mij te maken heeft. Ik val niemand lastig, ik bemoei me met mijn eigen zaken en ik heb nooit iemand gedwongen en ik zal ook nooit iemand dwingen mij te accepteren of te doen wat ik wil. Iedereen met wie ik omga vraag ik netjes of ze iets kunnen doen voor me als het nou in mijn persoonlijk leven is, of op zakelijk gebied. Als men niet wilt, kijk ik verder. Ik vind het jammer dat juist vanuit een groep die het over liefde heeft, er zoveel agressie komt. Vooral omdat ik niemand kwaad doe.” Ze had verder niets toe te voegen.
FSP noot*: In de bijbel vinden we het volgende: “Oordeel niet, dan zal er niet over je geoordeeld worden. Veroordeel niet, dan zul je niet veroordeeld worden. Vergeef, dan zal je vergeven worden.” (Lucas 6:37) “Wie ben jij om je naaste te veroordelen?” (Jakobus 4:12) Is dit niet hetzelfde boek waarover de christelijke voorganger het heeft?
Deze situatie is te vergelijken met het volgend verhaal uit de bijbel. (Niet dat Transgenders hetzelfde zijn als hoeren, het gaat om het ‘zonde aspect’ volgens de leer)
“Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen johannes 7:53 – 8:10: “ Toen brachten de schriftgeleerden en de farizeeën een vrouw bij hem die op overspel betrapt was.Ze zetten haar in het midden en zeiden tegen Jezus: “ Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt toen ze overspel pleegde. Mozes draagt ons in de wet op zulke vrouwen te stenigen. Wat vindt u daarvan? Dit zeiden ze om hem op de proef te stellen, om te zien of ze hem konden aanklagen. Jezus bukte zich en schreef met zijn vinger op de grond. Toen ze bleven aandringen, richtte hij zich op en zei: “ Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen. Hij bukte zich weer en schreef op de grond.”
FSP noot:*De nadruk hier ligt op het niet-veroordelen, omdat niemand uitgezonderd is van zonde. In dit stuk waren de Farizeeën tenminste nog eerlijk genoeg op dat moment om aan zelfreflectie te doen en weg te lopen. Er staat duidelijk dat niemand dat recht heeft, er zijn geen namen van bepaalde mensen erin opgesomd die dat wel mochten of mogen doen. De vraag in deze is: “Zou Jezus het ook hebben over in de gevangenis belanden en ‘strijden’ tegen de handelingen van de persoon… of zou hij hetzelfde hebben gezegd tegen onze moderne hedendaagse farizeeën?”
Bron: http://freesocietyproject.com/
RUMI KNOPPEL